Wat heeft mij er toe gebracht om mijn memoires te gaan schrijven? Was het een manier om mijn eigen leven te doorgronden? Was ik in verwarring geraakt na alles wat ik in 2020/2021 mee had gemaakt en wilde ik mezelf beter leren kennen? Hoe kwam het dat ik ineens zoveel terug moest denken aan mijn verleden. Eén ding was zeker voor mij: nu er een compleet nieuwe tijd ging aanbreken zocht ik naar begrip voor de generatie waarin ik was opgegroeid. Was alles wat wij hadden geleerd en gedaan in het leven voor niks of zelfs verkeerd geweest? Zou onze ervaring voor de toekomstige generatie misschien ook waardevol kunnen zijn. Ik vroeg het me af!
Wat mij aanzette kwam recht uit mijn hart: ik moest het opschrijven, wat men er ook van zou vinden. Bovendien kwamen een aantal vraagtekens die ik diep in mijn binnenste had verstopt, aan het licht. Er was voor mij geen weg meer terug: ik ging zitten achter de PC en het rolde eruit! En dat alles heeft voor mij te maken met het jaar 2020 toen ons in verband met Corona werd meegedeeld dat de toekomst compleet zou worden veranderd. “Deze tijd komt nooit meer terug “ zei onze Minister President Mark Rutte.
De bruikbare middelen daartoe waren angst, dwang, straf en propaganda om ons naar een “betere wereld”te begeleiden. “Zachte heelmeesters maken stinkende wonden” dus het beste was om met harde hand te proberen deze doelen te bereiken. Het genieten van onze “doorgeschoten” welvaart zou daarvoor moeten wijken en om het aan de man te brengen zullen we indien nodig een wet opzijzetten.
Tijdens de Corona periode kwam ik in angst, bij mij was het niet de angst besmet te worden maar om weer in een hele kleine wereld te moeten leven, sociaal geïsoleerd, net als vroeger. Dat werd versterkt door het plotselinge overlijden van mijn lieve man. We zouden samen wel door de Corona tijd heenkomen, het belangrijkste was dat we elkaar nog hadden. Het liep dus allemaal anders. De rots waar het verleden op was gebouwd leek aan het afbrokkelen, stond op instorten. Toen ben ik gaan graven en merkte ik dat het fundament nog stevig genoeg was om er iets moois van te maken. En ik kwam ook nog tot opmerkelijke ontdekkingen die meer dan een halve eeuw onder een steen waren blijven liggen, zoals het geheugen bewaard blijft op de harde schijf van de PC.
Alsof ik onder hypnose was gebracht kwam er steeds meer boven drijven, hoe meer ik ging zoeken hoe meer ik mij begon te herinneren. Mijn bron was mijn dagboek, een verzameling brieven, foto’s en krantenknipsels bewaard door mijn oudere zus Ans en niet te vergeten haar eigen geschreven verslag vanaf ongeveer de jaren 1934 tot in 1975. Daarvoor ben ik haar veel dank verschuldigd!
Omdat wij opgevoed werden met de Bijbel moest ik die er ook bijhalen om erachter te komen wat dat heilige Boek voor hen en dus ook voor ons had betekend. Daarom heb ik ook de Bijbel als bron gebruikt om die tijd beter te kunnen begrijpen en beter te kunnen duiden.
Inhoudsopgave
Voorwoord
Inleiding
1. Geboren in 1939
2. Spelen in oorlogstijd
3. Leven onder de bezetter
4. De hongerwinter
5. Het gezin en de kerk
6. Zijn we echt bevrijd?
7. Hadden we hier van gedroomd?
8. Naar de school met den bijbel
9. Alles wordt beter
10. Een kruis
11. Rampdag 13 december 1949
12. Duivendrecht
13. De telefoon
14. De puberteit
15. De GKS in Amsterdam
16. De kweekjaren
17. Hoe ging het ondertussen thuis?
18. De jaren zestig
19. Beverwijk
20. De familie Portegies
21. Tijd om een vakantie te boeken
22. Verliefd, verloofd, getrouwd
23. De poes
24. Als je niet inburgert
25. Geldrop: carnaval en Grzegorz
26. Het millennium
27. Een pandemie
28. Tweedeling
29. Er komt hulp
30. Een lijntje naar boven
31. Toen en nu
Terugblik en slot
Nawoord van de auteur
Synopsis